Vragen van de leden Peters en Van Toorenburg (beiden CDA) aan de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over kinderen die «onterecht uit huis worden geplaatst door slecht feitenonderzoek» (ingezonden 21 december 2020).
Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming), mede namens de Mededeling van Staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 januari 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
2020–2021, nr. 1319.
COMMENTAAR STICHTING DUTCH CHILD CENTER:
Ook deze Minister van Rechtsbescherming kijkt weg, neemt geen verantwoordelijkheid en verwijst naar de Trias Politica: de scheiding van de staatsmachten.
Hij onderzoekt niets, verwijst naar allerlei rapporten en: iedereen doe z’n best en werkt zo nauwkeurig mogelijk.
Hoe lang dit plichtsverzuim zelfs door een Minister?
We raken gewend aan deze vreselijke wantoestanden.
Of toch niet.
Een greep uit de dagelijkse praktijk:
– Kinderrechters als stempelaars. Onderzoeken weinig tot niets. Ambtseed werkt niet meer ?
– Hoger Beroepen voor de schijn, bespaar je de frustratie en het verdriet.
– Ouders: weinig tot niets mogen zeggen.
– Advocaten pleiten zonder succes, deze hulp heeft geen effect.
Zie onze brief ; “De praktijk bij de kinderrechter”, d.d.02-10-2018 die tevergeefs naar de Tweede Kamer is gestuurd (2 Kamercommissies) en tevergeefs is gegeven aan dhr. Peters – CDA, dhr.Worsdorfer – VVD
Jan